Lidewij Edelkoort heeft vertrouwen in de generatie
Pop-Up-designers. Volgens de forecaster moeten we het straks van onze
verbeeldingskracht hebben. ’Mijn fantasie is geboren uit niets. Uit een
stuk karton, hooguit.’
The Pop-Up Generation, design between dimensions: tot en met 12 april
in MOTI, Museum of the Image, Breda, www.motimuseum.nl.
‘In crisissituaties ben ik op mijn best’
– Lidewij Edelkoort
Die onkreukbare, bijna goddelijke intuïtie van haar.
Lidewij Edelkoort (1950, Wageningen) kan met een natuurlijk aplomb
beweren dat ‘er andere tijden komen.’
Met het gemak waarmee iemand anders voorspelt dat kerstmis volgend jaar
wéér op 25 december valt, speculeert de forecaster en ex-directeur van
de Design Academy Eindhoven onvermoeibaar over het gezicht van de
toekomst. Ze verschuilt zich niet achter vage orakeltaal, maar gebruikt
transparante constateringen van het kaliber: ‘Mensen willen het nabije
verleden opruimen.’ Vaak aangevuld met controleerbare voorbeelden:
‘Kijk maar naar hun kleren, daar zitten heel veel zakken in om alles in
weg te stoppen.’
Natuurlijk zitten er nog weleens mensen in de zaal die lacherig worden
van haar aanbevelingen, ‘maar dat zijn er steeds minder.’ In 1985 opende
ze in Parijs een bureau dat bedrijven en overheden helpt om de
consument telkens een paar stappen vóór te blijven. Sindsdien ‘is de
acceptatie voor het vak forecaster gegroeid.’ Haar track record geeft
daar alle aanleiding toe. ‘Ik houd echt geen opschrijfboekje bij hoe
vaak ik gelijk krijg. Ik zit er ook wel eens naast, vergis me in de
snelheid of omvang van een tendens.’ Maar: ‘Ik sta er zelf versteld van
hoe ongelooflijk goed het uitkomt: woorden die ik gebruik, beelden die
ik aanhaal.’ Er komt geen glazen bol aan te pas, Edelkoort baseert haar
voorspellingen op wat ze ziet – ‘dat is heel veel…’, analyseert en
interpreteert. ‘Het is een combinatie van intuïtie en analyse, van
historisch besef en kennis van het bestel. Je moet de signalen
herkennen, een naam en een plaats kunnen geven in het grote geheel. Mijn
werk lijkt op dat van een archeoloog. Ik graaf naar brokstukken van
onze tijd en smeed ze tot een samenhangend beeld. De jarenlange ervaring
heeft mijn aangeboren intuïtie verscherpt.’
Nee, deze ‘zieneres’ zweeft niet met haar hoofd in de ijle wolken. Daarvoor is ze te sterk geworteld in de Hollandse klei.
Naast haar werk als uitgever van trend magazines, directeur van Studio
Edelkoort en Trend Union is er dat andere wapenfeit dat Edelkoort in het
brandpunt van de internationale belangstelling bracht. Tussen 1999 en
2008 hielp ze de Design Academy Eindhoven internationaal in het zadel
en maakte ze Dutch Design wereldwijd tot een fenomeen. Twee jaar
geleden stapte ze in Eindhoven met heibel op als art director van het
Design Huis. De stad dreigde een zorgvuldig opgebouwde creatieve
reputatie te grabbel te gooien in Brainport Eindhoven verband. Nu is ze
terug in Brabant, met een eigen expositie in het MOTI, het Museum of
the Image in Breda.
Ik dacht dat u na het vertrek uit Eindhoven uw buik vol had van Brabant?
‘Laten we Eindhoven en Brabant niet over een kam scheren…Toen Mieke
Gerritzen me vroeg een tentoonstelling in het MOTI in te richten, waren
er geen reserves.’
2D wordt 3D: de 132 5-collectie van Issey Miyake.
U kwam met ‘The Pop-Up Generation, design between dimensions’.
‘De huidige generatie ontwerpers werd geboren achter het beeldscherm, is
digitaal opgevoed. Ze manoeuvreren handig in het platte vlak. Dat kan
er toe leiden dat het ‘platte begin‘ doorschemert in het
driedimensionale eindresultaat. Ze zien in de tekening volume en in het
volume herkennen ze een platte tekening. Ze switchen soepel tussen de
dimensies heen en weer. Alsof ze niet eens meer beseffen in welke
dimensie ze opereren. Die mobiliteit, flexibiliteit en tijdelijkheid
weerspiegelt zich in hun werk. Het is niet tweedimensionaal en niet
driedimensionaal. Het is eerder tweeënhalf.‘
Op de tentoonstelling toont u het Sketch Furniture van Front: tekeningen
die door middel van rapid prototyping driedimensionaal worden.
‘De rapid protyping machine creëert een opeenstapeling van
tweedimensionale plakjes die langzamerhand 3D worden. Onze eigen hersens
werken óók zo! Ons hoofd zet een tweedimensionaal beeld in een
driedimensionaal beeld om. Volume is een illusie! Een bijzondere
gewaarwording om daar achter te komen!’
Bij de samenstelling van de expositie lift de designkenner mee
op de expertise van de forecaster. Bent u op nieuwe bevindingen gestuit?
‘Eerder een bevestiging van wat ik al langer vermoedde. In een kakofonie
van culturen en invloeden, werken jonge ontwerpers in een
schemergebied waar ze
oude tegenstellingen verzoenen.’
Contrasterende werelden worden aan elkaar gekoppeld en versmelten in hun werk?
‘Tweedimensionaal en driedimensionaal, analoog en digitaal, wetenschap
en kunst, cultuur en kapitaal, natuur en technologie, lokaal en globaal,
kleinschalig en grootschalig, ambachtelijk en industrieel,
individualisme en collectief besef: ze maken deel uit van een tussenzone
waar ontwerpers vrij en onbevooroordeeld uit putten. Oude structuren
verdwijnen, het verlangen naar synergie groeit. Die flexibiliteit uit
zich ook in de tijdelijkheid: van pop-up winkels, recycling en guerilla
brands. Met nieuw werk wordt een nieuwe tijd voorbereid.’
Zijn het bedrijfsleven en de industrie daar al aan toe?’
‘In het ene land gaat het inderdaad sneller dan in het andere. Landen
als Italië en Spanje werken nog overwegend met gevestigde namen en
volgens het voorspelbare stramien. Maar in noordelijke landen als
Nederland lijkt meer ruimte te komen voor kleinschalige initiatieven,
buiten de bestaande kaders om. Daar word ik vrolijk van.’
Wordt u dat ook van de actuele krantenkoppen? Niets dan euromiserie, bankencrisis en bezuinigingsmalaise.
‘Een crisissituatie schept altijd kansen en mogelijkheiden. Het lastige
is nu wel dat de financiële crisis verweven is met een economische
crisis. Het kookpunt is nu wel bereikt. We hebben zo overmoedig geld
uitgegeven dat de ballon uit elkaar spat. We hebben zo uitgelaten om het
gouden kalf gedanst dat het niet langer kan. Er hangt een donkere
schaduw boven een industrie die het nu al beter doet. Maar voorlopig
liggen de tekenen van herstel bedekt onder een dikke economische
crisisdeken. De zaak begint weer te bewegen, maar als een bergbeekje dat
wispelturig een weg zoekt.’
Meestal klinkt optimisme in uw boodschap door.
‘Al denk ik nu dat het nog lang onrustig en turbulent blijft.’
Wat adviseert u alle onzekere merken en opdrachtgevers die bij u aankloppen voor wat meer zekerheid?
‘Ik voorspel niets. Ik verhelder alleen maar. Zo’n crisis is een
uitgelezen kans om een keer schoon schip te maken en daarna een heldere
koers uit te zetten. Voor het eerst is er nu een tienergeneratie die
alleen maar met twijfel en somberheid is opgegroeid. Ze zullen het in de
toekomst makkelijker krijgen, omdat ze nooit hoop hebben gekend. Dat
is een wezenlijk verschil met de generatie die eind jaren zeventig,
begin jaren tachtig is geboren. Die lijdt écht: ze zijn geboren met de
verwachting van voortdurende expansie. Nu ze onzeker zijn, proberen ze
alles te systematiseren en archiveren om grip te krijgen op de
werkelijkheid. Maar het schort hen aan empathie en
improvisatievermogen.’
En het goede nieuws?
‘Nu het grote macro-economische systeem is vastgelopen, het kapitalisme
én het communisme failliet zijn verklaard, komen er kansen voor
bevlogen en utopische manieren van kleinschalig ondernemerschap. De
grootste bedreiging is dat we door al die negatieve krantenkoppen gaan
gelóven dat we niet meer mogen bewegen.’
Is het lastig om in zo’n snelkookpan uw werk te doen?
‘In crisissituaties ben ik op mijn best. Een periode van glamour en
voorspoed kan ik evengoed in kaart brengen, maar ik heb er minder
affiniteit mee. Liever zoek ik naar oplossingen in troebele tijden.’
Hoe komt dat?
‘Ik ben geboren in 1950. Mijn fantasie is geboren uit niets. Uit een
stuk karton, hooguit. Ik houd van weinig. Dan functioneert mijn
verbeeldingskracht beter.’
Terug naar de sombere tijden van nu. Waarom genieten Nederlandse
ontwerpers nog altijd de reputatie dat ze de tijdgeest zo goed aanvoelen ?
‘In Nederland hebben we een sterke onderwijscultuur. Daarom is het zo’n
ramp dat dit land de cultuur wil verbannen. Dat wordt een drama!
Wanneer onze hersens onvoldoende worden uitgedaagd, verschrompelt ons
creatief vermogen.
‘Als niemand met de vuist op tafel slaat, worden we een land van barbaren’
– Lidewij Edelkoort
Levensgevaarlijk! Zo worden we een land van barbaren. Er moet nu toch
echt een keer iemand met de vuist op tafel slaan: Zo kan het niet
langer. Creativiteit is alles: we hébben niks anders. Over de wereld
ben ik niet zo negatief. Maar over Nederland ben ik nog nooit zo somber
geweest.
Laten de ontwerpers van The Pop-Up Generation zien hoe het anders kan?
‘Dat denk ik wel. Kiki van van Eijk heeft meubels ontworpen met platte,
omgevouwen lapjes stof. Stukjes kant en jacquard heeft ze in metaal
vertaald. Zo laat ze een traditioneel werkend bedrijf ervaren dat het
harde materiaal een zachtaardige, elegante kant heeft.’
Metaal krijgt de gevoeligheid van textiel?
‘Stoffen zitten tussen eigenlijk tussen twee- en driedimensionaal in.
Issey Miyake – ook te zien op de expositie – maakte de baanbrekende
collectie 132 5. In samenwerking met een informaticus werden algoritmes
3D vormen, en daarna weer omgevormd naar 2D beelden. In elkaar gevouwen
zijn het origami-achtige creaties. Als je ze aantrekt, komen
driedimensionale, uitstekende vormen tevoorschijn. Onze oren krijgen
zoveel te horen en onze ogen zoveel te zien, maar onze vingers krijgen
niet meer genoeg te voelen. De tactiele kwaliteit van stof zal toenemen
als tegemoetkoming aan onze vingers.’
Er wordt vaak gesteld dat vooral media, musea en galeries
applaudisseren voor Dutch Design. Het grote publiek zou er geen
boodschap aan hebben.
‘Dat geloof ik niet. Consumenten beleven deze periode juist heel bewust.
Ze blijken steeds beter in staat binnen de muren van hun huis complete
stillevens te realiseren. Als een curator in een privémuseum. Een
fruitschaal van oma met een appel, een peer en een nieuw ding van Jaime
Hayon ernaast. Dat is een enorme verrijking. Over iedere boterham, elk
kaasje en zeepje wordt inmiddels nagedacht.’
Dus er schijnt licht aan het eind van de tunnel?
‘Ik geloof in de kracht van de mens. We zullen onze verbeeldingskracht
de komende jaren hard nodig hebben. Er moeten handvaten komen om er iets
van te maken. Hoe uitzichtlozer het wordt, hoe positiever ik wil
zijn…’
Interview Jack Meijers / Portret Ruy Teixeira
Lidewij Edelkoort
1950 Geboren in Wageningen.
Jaren 60/70: Studeert mode aan de kunstacademie in Arnhem en werkt als trend forecaster voor De Bijenkorf.
1975 Vestigt zich als zelfstandig consultant in Parijs en richt in de jaren tachtig Studio Edelkoort en Trend Union op.
1999-2008 Chairwoman Design Academy Eindhoven.
2007-2010 Initiatiefnemer en creative director Designhuis Eindhoven.
TIME Magazine typeerde Lidewij Edelkoort in 2003 als ‘one of the
world’s 25 most influential people in fashion. Ze adviseert bedrijven
als Philips, Nissan, Esprit, Coca-Cola, Siemens en L’Oreal en de
Nederlandse overheid. Wereldwijd initieert en organiseert ze lezingen en
tentoonstellingen. www.edelkoort.com.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten